8
april – 17 juni: 19 april

Tuin
in orde gemaakt; d.w.z. de drie driehoekige bakken die ons terras nu omgeven.
Ik hoop dat het aanslaat, en dat ik over vier weken bij thuiskomst volop leven
zie. Bless my little garden…

Na Psalm 87 is Psalm
88 onontkoombaar. Ik denk dat ik die maar één keer in een dienst heb gelezen,
een avondwake voor een studente, in de St. Janskerk in Maastricht. De dag erna
zou ze in haar geboortedorp begraven worden, in een sfeer waarin haar familieleden
elkaar de rug toekeerden. Ze had hem zelf uitgekozen. In de donkerte en de
verlatenheid herkende zij zichzelf.
‘Gij hebt mijn bekenden mij ontnomen
tot
een afschuwelijk ding mij gemaakt
‘,
zo zegt Oosterhuis het weer trefzeker. De mens als ding. Ik als niet-mens. Ook
die ervaring hoort een plaats te krijgen in de speurtocht van deze weken. Is
dáár ruimte voor, in een visie die vaak als holistisch beschreven wordt? Voor
je het weet heeft alles ‘doel’ en is het wel ergens goed voor. Wie zich ‘ding’
voelt heeft daar weinig aan.

10 weken
studieverlof: de betekenis van keltisch-christelijke spiritualiteit voor de
christelijke gemeente nu en morgen. Een regelmatig verslag. Aan het slot steeds
aandacht voor de Psalm die ik vandaag las, in de versies van Huub Oosterhuis,
150 psalmen vrij, en Jim Cotter, Out of the Silence into the Silence.