8
april – 17 juni: 23 april

Op
maandagavond is het thema van de avondviering altijd ‘Justice and Peace’. David
heeft het voorbereid. Hij concentreert zich op het vreeswekkende beleid van de
Britse overheid, miljarden te besteden aan de herbewapening van de
Trident-onderzeeërs. Die moeten met nieuwe atoomraketten worden uitgerust. De Iona-community
heeft een strikt nucleair pacifisme hoog in het vaandel staan. Koppel je dat
met de constatering dat steeds meer mensen in dit land over de rand worden
geduwd, bezuinigingen op onderwijs, zorg, huisvesting, dan snap je dat de woede
er af spat. De woede bleek ook, toen de voorganger vertelde dat hij ooit graag
kerkstoelen en dito boeken had geworpen naar de dominee die hem voorhield dat
‘idolen’de beelden zijn die hindoes in hun tempel hebben. Nee!!! Idolen, dat
zijn onze raketten, onze grenzen, onze luxe-artikelen. Agressief-pacifistisch,
gooien met stoelen, denk ik.
Het wordt een heftige viering. Teksten van Jesaja, in het donker gelezen,
wisselen beschrijvingen van de bom op Nagasaki en Hiroshima af. Dan komen er
nog fragmenten bij van hoe het is als over enkele jaren de atoomraketten zullen
inslaan, overal op de wereld. Tot op de lichamelijke details wordt ons einde
beschreven, sommigen verdampt, anderen snel dood, anderen langzaam. De rest
bespaar ik u.

Daarbij
dan ook het licht in de kerk dat uitvalt, heftige sirenes door de boxen, het
pijnniveau voorbij, en inslagen van bommen en granaten. Echt zo’n moment om aan
iets anders te gaan denken en de oren te blokkeren. Zijn we beland bij de
afschrikwekkende beschrijvingen van de hel, waarmee rondtrekkende
boetepredikers stad en land onveilig maakten, ooit, vroeger?

Daarna
begint de ceilidh, de gezellige avond in de dorpshal. De uitvoerenden van de
dienst daarnet staan er vrolijk frisdrank in te schenken. Dan begint het
volksdansen, en zo hier en daar en nu en dan een sololiedje. Als Nederlanders
zijn we gek genoeg om twee emmertjes water halen te demonstreren, al gauw
gevolgd door de hele zaal. Voor de vrijwillige brandweer zijn we allemaal
welkom in de toekomst, ook al heb je niet veel aan twee emmertjes water…

Het
houdt me toch bezig, en meerderen van de groep. Hoe kan je nu iets bereiken,
met zo’n overkill aan dramatische effecten? Je overtuigt toch alleen de
overtuigden? Is er echt zo’n verschil tussen Britse en Nederlandse psychologie?
Of zijn we gewoon te sensibel? Of speelt een rol dat de Britten hun kerknkoppen
zelf betalen, terwijl wij alleen maar ruimte geven aan de wapens van anderen?
Is het dat, wat hen agressief maakt?

In
de hele viering was maar één lied. Een lied vol humor, dat eindigde met een
prachtige constatering: Jezus wordt alleen gevolgd door ‘fishermen and fools’.
Wat meer humor, understatement, poëzie zou niet gek zijn geweest. Maar
misschien moet ik ook niet alles zo serieus nemen. Na de sirenes begint gewoon
de ceilidh, toch?

verschrikkingen- vogelverschrikkingen dan

Vandaag Psalm 91. Die
had ik nu graag gelezen, inderdaad, ergens in de context van deze dienst. De
vaste psalm van de completen in de Benedictijnse traditie.
De nacht valt, met haar spoken,
wees niet bang –
nieuwe morgen, weer een dag, er wordt
op je geschoten, wees niet bang –
koorts gloeit aan in de middag
pest waart rond in het donker
wees niet bang.

Is het een bezwering? Een belofte? Een hoop? Of is het wat het heet, een psalm,
een oude psalm, die onder woorden brengt een voor God neerlegt wat me hoogzit?
Waar ik het neerleg, daar laat ik het achter.
Sla je ogen op en zie:

Ploert en Schender gaan eraan,

gaat Oosterhuis
verder. Dat is agressief taalgebruik, maar toch ook anders- het relativeert.
Psalmen zingen verder dan dramatiek en geluidseffecten kunnen reiken.

10 weken
studieverlof: de betekenis van keltisch-christelijke spiritualiteit voor de
christelijke gemeente nu en morgen. Een regelmatig verslag. Aan het slot steeds
aandacht voor de Psalm die ik vandaag las, in de versies van Huub Oosterhuis,
150 psalmen vrij, en soms ook Jim Cotter, Out of the Silence into the Silence.